Gebruik de opdracht Beëindigen [
] om de startconfiguratie van een geselecteerd foutopsporingsdoel te beëindigen.
Nadat een startconfiguratie is beëindigd, kunt u deze automatisch uit de foutopsporingsview laten verwijderen view bij het maken van een nieuwe configuratie via de voorkeurenpagina
Uitvoeren/Fouten opsporen > Starten.

Lokaal fouten opsporen
Fouten opsporen op afstand

View Fouten opsporen
Opnieuw starten
Alle beëindigde configuraties verwijderen
Alles beëindigen
Beëindigen en opnieuw starten
Beëindigen en verwijderen